Naar de content

Covid-19 gaat over méér dan voldoende IC's

Vier ziekenuisbedden
Vier ziekenuisbedden
Unsplash

Een artikel op NEMO Kennislink waarin de impact van het nieuwe coronavirus wordt gerelativeerd, haalde in enkele dagen een kwart miljoen views – en leverde veel reacties op. Hoofdredacteur Leon Heuts reflecteert op de rol van wetenschapsjournalistiek als de data beperkt is: “Laat zien dat er meer is dan één antwoord. Ook al is dat ongemakkelijk.”

31 maart 2020

Voor NEMO Kennislink was het een hit – het stuk ‘Relativerend rekenen aan Covid-19’ van Arnout Jaspers haalde in één week bijna 250 duizend views.

Het tekent uiteraard de behoefte aan wetenschapsnieuws in deze tijd, en dat zagen we ook aan de vele reacties. Vele daarvan waren positief of zelfs lovend: een nuchter antwoord op de paniek die wereldwijd toeslaat. Jaspers plaatst de huidige pandemie in perspectief, door in plaats van het aantal doden het verlies aan levensjaren te duiden. Aangezien vooral ouderen aan de ziekte sterven, geeft dat een ander beeld dan besmettelijke ziekten als sars of aids.

Vier ziekenuisbedden

Wat wil je hier als bijschrift onder?

Unsplash

Maar er waren ook veel kritische geluiden, van diverse aard. Sommigen zagen relativeren als ronduit gevaarlijk: het zou een vrijbrief zijn voor onverantwoord gedrag. Anderen wezen erop dat het stuk zich alleen richt op verloren levensjaren van mensen die sterven aan de ziekte, terwijl de impact zo veel groter is: emotioneel, sociaal en economisch. Die gevolgen laten zich nog het meeste voelen in ziekenhuizen en vooral IC’s; die dreigen te bezwijken onder de druk. Als je dat meeneemt, zouden de mortaliteitscijfers veel hoger uitpakken. Laat Italië dat niet zien? Relativeert Jaspers te veel? Het valt te bezien, en dat is meteen ook het dilemma van deze tijd.

Want zeker weten doen we het nooit. Maar dat ontslaat ons niet van de verantwoordelijkheid om de sommen te blijven maken. Wat dat betreft gaat de Grieks-Amerikaanse hoogleraar epidemiologie John Ioannidis, verbonden aan Stanford en een internationale grootheid, nog een stuk verder.

Ioannadis stelt dat we simpelweg onvoldoende data hebben om de huidige verregaande maatregelen te rechtvaardigen. En zoverre er data is, laat dat eerder zien dat we enorm overreageren. Ioannadis stelt dat recent onderzoek op basis van de Chinese epidemie erop uitkomt dat 1,4 procent van de geïnfecteerden overlijdt, waar ook Jaspers van uitgaat, maar dat het percentage waarschijnlijk veel lager is.

De ‘Diamond Princess’.

Sid Mosdell, CC by 2.0 via Flickr

Hij wijst daarbij op het enige voorbeeld van een besmette populatie die volledig getest is, namelijk de passagiers van het cruiseschip Diamond Princess. 1 procent van de besmette passagiers overleed, maar de besmetten waren bijna allemaal bejaard. Als je dat vertaalt naar een bevolking van alle leeftijden, wordt het sterftepercentage 0,125 procent (onzekerheidsmarge 0,025 – 0,625 %), ofwel 1 op de 800. “Als dit het werkelijke percentage is,” aldus Ioannidis, “zou een wereldwijde lockdown, mogelijk met gigantische sociale en financiële consequenties, volkomen irrationeel zijn.”

De reden dat andere onderzoeken op een hoger sterftepercentage uit komen, is dat er blijkbaar heel veel mensen besmet raken zonder ziek te worden. Zolang er nog geen representatieve steekproef is gedaan onder de bevolking om dit ‘stille’ besmettingspercentage vast te stellen, stelt Ioannidis, hebben we niet voldoende data om zulke ingrijpende beslissingen te nemen.

Ioannidis erkent dat het door sociale isolatie vertragen van de epidemie in theorie deugt (flattening the curve). “Maar als de gezondheidszorg toch overspoeld wordt, zou het best kunnen dat de meerderheid van de extra doden niet te wijten is aan het corona-virus, maar aan andere veel voorkomende ziektes zoals hartaanvallen, beroertes, ongelukken, bloedingen en dergelijke die niet meer adequaat behandeld worden.”

Lege schappen in de supermarkt.

Hugo Doeleman voor NEMO Kennislink

De hoogleraar deelt op nieuwszender CBS verder zijn zorgen: “De volledige economie een halt toeroepen. Mensen vertellen om thuis te blijven, depressief te worden, zelfmoord te plegen, huiselijk geweld. Wie kan het zeggen? Kindermisbruik, jongeren die hun opleiding niet kunnen vervolgen, bedrijven die failliet gaan, werkloosheid… Is dat de oplossing?”

Deze visie kreeg uiteraard veel kritiek, met de vermaarde Harvard-hoogleraar epidemiologie Marc Lipsitch als meest prominente. Volgens hem kunnen we niet wachten met hard ingrijpen, voldoende data of niet. Te lang talmen is precies wat verschillende landen hebben gedaan, met desastreuze gevolgen.

Lipsitch stelt dat het aantal besmettingen exponentieel groeit, en dat dit alles behalve een seizoensgriep is. Op twitter: “Laat me een seizoensgriep zien waar triage noodzakelijk is, ondanks maatregelen als sociale afstand… Dat dit uitdooft, is wishful fantasy.” Hij wijst erop dat sars niet zo maar verdween, maar de kop is ingedrukt met keiharde maatregelen. “Wachten en hopen op een wonder terwijl onze zorgsystemen worden overspoeld door covid-19 is geen optie.”

Maar ook Lipsitch ontkomt niet aan het duivelse dilemma: “Ioannidis heeft gelijk dat het vooruitzicht van rigide sociale afstand gedurende maanden of een jaar nauwelijks voorstelbaar is, laat staan toegepast. Maar het alternatief om deze infectie ongecontroleerd te laten verspreiden is al even onvoorstelbaar.”

Maar wat dan wel? Volgens de achttiende-eeuwse filosoof David Hume is wetenschap per definitie de kennis van
gisteren. Er is geen enkele garantie dat de wereld zich morgen gedraagt zoals gisteren voorspeld. En hoewel sinds die tijd wetenschap een onvoorstelbare progressie heeft gemaakt, blijkt juist nu hoe moeilijk het is om op basis van wetenschap te handelen; de beste analyses maak je altijd achteraf. Dat wil niet zeggen dat wetenschap ons hierin niet verder helpt. Integendeel. Het zegt hooguit dat wetenschap steeds één aspect laat uitlichten, maar de puzzel is altijd groter. Het is een taak van wetenschapsjournalistiek om te laten zien dat die puzzel groter is.

Dat is soms ongemakkelijk, want juist in tijden van crisis wil je antwoorden. Uitbreiden van het aantal beschikbare bedden op de IC’s is zo’n antwoord. Het is een goed antwoord, we kunnen ook niet anders. Maar het is ook slechts één antwoord. Er zijn andere kwesties; zoals dat we nog steeds varen op erg weinig data, en dat de cijfers die er zijn op allerlei manieren kunnen worden geïnterpreteerd. Zelfs als volksgezondheid nu de belangrijkste motivatie is – waar van alles voor te zeggen valt – is het ingewikkeld. Een lockdown heeft veel effecten waarop Ioannidis terecht wijst: sociale en psychische problemen en een economische crisis, die óók de volksgezondheid bedreigen; zeker op de langere termijn.

Daarom dat we met NEMO Kennislink proberen om meer puzzelstukjes te laten zien. Zoals de gevaren van sociale isolatie van Mariska van Sprundel, of de gevolgen van de afgelasting van het centrale examen, van Erica Renckens. Het maakt het er niet eenvoudiger op, maar deze crisis vraagt om behoedzaam laveren, en dat is per definitie niet gemakkelijk.

ReactiesReageer