Op 13 september vindt het DNA-festival plaats, een festival dat gaat over het knippen en plakken met menselijk DNA. Een van de sprekers is medisch-ethicus Eline Bunnik. “Knippen in DNA heeft verstrekkende en voor een deel onbekende gevolgen.”
Eline Bunnik doet aan het het Erasmus MC in Rotterdam onderzoek naar de ethische aspecten van genetica en nieuwe voortplantingstechnieken. Zo publiceert ze over de ontdekking van chromosoomafwijkingen wanneer een zwangere vrouw een NIP-test laat afnemen om te kijken of haar kind gezond zal zijn, onderzoekt ze de medisch-ethische vraagstukken rondom transplantatiegeneeskunde en het gebruik van commerciële DNA-testen. Hoe ziet zij de ontwikkelingen op het gebied van CRISPR-Cas en het aanpassen van menselijk DNA?
Hoe heb jij te maken met CRISPR-Cas in je werk?
“Ik ben geïnteresseerd in genetica en CRISPR-Cas en geef er colleges over aan studenten. Daarnaast doe ik veel onderzoek naar medisch-ethische thema’s. Mijn proefschrift ging bijvoorbeeld over nieuwe genoomtechnieken, technieken om het DNA mee te onderzoeken.”
Is deze techniek belangrijk voor jouw werk en waarom?
“Het is een interessante tijd. De geboorte van de Chinese tweeling wiens DNA als embryo was aangepast door de biofysicus Jiankui He, gebeurde bijvoorbeeld in weerwil van internationale afspraken om verantwoord onderzoek te doen. De kwestie is: mag je bij embryo’s wel veranderingen aanbrengen in hun DNA? Want als je het DNA in een bevruchte eicel verandert, wordt die verandering daarna aan alle cellen van het kind doorgegeven. Ook het nageslacht van dat kind krijgt de verandering in zijn cellen. De gevolgen zijn dus heel verstrekkend en we weten niet precies wat de gevolgen zullen zijn.”
Hoe sta je tegenover het aanpassen van embryo-DNA?
“Ik ben er nu geen voorstander van omdat het op dit moment nog niet noodzakelijk is. We hebben een veilig en effectief alternatief: veel erfelijke ziekten kunnen we ondervangen door alleen embryo’s die de ziekte niet hebben te selecteren voor plaatsing in de baarmoeder. Wel vind ik dat we wat liberaler mogen omgaan met het maken van embryo’s voor wetenschappelijk onderzoek naar deze technieken. Dat is nu verboden in Nederland.”
Denk je dat we die techniek in de toekomst zullen gebruiken in de menselijke voortplanting?
“Ik denk niet dat we genbewerkingstechnieken zoals CRISPR-Cas de komende jaren in gaan zetten bij het maken van embryo’s. Wel gaan we die technieken op grotere schaal zien bij de behandeling van patiënten met kanker of erfelijke aandoeningen zoals sikkelcelziekte.”
Wat vind jij het meest veelbelovende experiment met CRISPR tot nu toe?
“Het is vorig jaar gelukt om de ziekte van Huntington uit het DNA van muizenembryo’s te halen. Ik vind dat wel een mooi vergezicht voor mensen. Want nu heb je hele families die gebukt gaan onder zo’n ziekte. CRISPR-Cas zou niet alleen een oplossing voor het individuele kind zijn, maar ook het lot van de hele familie kunnen veranderen.”
Welke kansen en zorgen zie jij voor de toekomst van deze techniek?
“Mensen zoals de Chinees Jiankui He, die dingen doen die internationaal moreel niet aanvaard worden, laten het vertrouwen van de bevolking in dit wetenschapsgebied afnemen. Ik denk daarom dat onderzoekers meer moeten praten met patiënten, mensen met een kinderwens en gewone burgers, om te checken of er wel behoefte is aan de toepassingen die zij voor ogen hebben. Op die manier kunnen onderzoekers onterechte angsten bij het publiek wegnemen, en daarnaast serieus reageren op terechte angsten.”