Op 13 september 1848, tijdens werkzaamheden aan het spoor, doet zich een noodlottig ongeval voor. Tijdens een plotselinge explosie boort een enorme ijzer staaf zich dwars door het hoofd van Phineas Gage die op dat moment aan het werk is.
Wonder boven wonder zijn artsen in staat de staaf uit zijn hoofd te verwijderen en Phineas overleeft ternauwernood. Het lijkt goed met hem te gaan, totdat zijn vrienden en familie veranderingen in zijn gedrag opmerken. Waar Phineas voorheen een rustige, betrouwbare en sociale man was, toont hij nu antisociaal en onaangepast gedrag. Wat blijkt, de voorste delen van zijn hersenen zijn ernstig en onherstelbaar beschadigd.
Dit is een beroemd verhaal uit de geschiedenis omdat het één van de eerste bewijzen was voor de relatie tussen hersenen en (antisociaal) gedrag.
Antisociaal
Dankzij de ontwikkeling van allerlei moderne technieken, zoals hersenscans, weten we tegenwoordig steeds beter op welke manier de hersenen een rol spelen bij het ontstaan van antisociaal gedrag. Maar het antisociale – of zelfs criminele – gedrag wordt niet alleen in de hersenen bepaald. Er blijkt ook een verband te bestaan tussen crimineel gedrag en factoren als de hoogte van iemands hartslag in rust of de hoeveelheid stresshormonen in het lichaam. Biologische kenmerken dragen net zo goed bij aan de ontwikkeling van crimineel gedrag als andere factoren, zoals ‘foute’ vrienden of nare ervaringen in iemands jeugd.
Behandeling
In mijn onderzoek kijk ik naar de werking van de hersenen en de hartslag van gevangenen. Ik wil weten hoe hun hersenen functioneren en wat hun lichamelijke toestand is. Daarnaast kijk ik of deze biologische kenmerken iets zeggen over hoe goed gevangenen het doen in een gedragstherapie. Dat klinkt misschien gek, maar niet alleen je leeftijd, je opleiding, je familie, ook je biologische kenmerken maken je uniek en hebben invloed op je gedrag. Ik verwacht dan ook dat bepaalde biologische kenmerken samenhangen met hoe goed iemand kan leren van een behandeling in de gevangenis.
Andere onderzoekers hebben al aangetoond dat personen met probleemgedrag die weinig stresshormonen aanmaken minder leren van een gedragstherapie vergeleken met mensen die een gemiddeld of hoog niveau van het stresshormoon hebben.
Al met al weten we nu dat de relatie tussen antisociaal gedrag en biologische kenmerken veel genuanceerder ligt dan in het voorbeeld van Phineas Gage. Het uitpluizen van deze complexe relatie tussen biologische kenmerken en crimineel gedrag is wat ik enorm boeiend vind.
In het volgende filmpje (1.13 min) zie je meer over mijn onderzoek (vergeet het geluid niet aan te zetten). Het filmpje werd onlangs 2e tijdens de Breinproductendag, een groot congres over hersenen en gedrag.
Ben je benieuwd hoe het is om onderzoek te doen in de gevangenis? In één van mijn volgende blogs zal ik daar meer over vertellen.