Susanne van den Brink neemt NEMO Kennislink mee in haar onderzoek naar embryomodellen waarmee ze stamcellen hoopt te maken voor patiënten die een beenmergtransplantatie nodig hebben. In deze update ontdekt ze het nut van het restjes bewaren.
“Ik kwam het lab in en stopte de gemixte embryomodellen in een apparaat dat cel-eigenschappen kan meten”, vertelt stamcelonderzoeker Susanne van den Brink opgewekt in juni 2023. “Ineens zag ik een groepje cellen dat op de voorloper-cellen van bloedstamcellen leek.” De voorloper-cellen hebben al deels de eigenschappen van bloedstamcellen maar moeten zich nog verder ontwikkelen. “Vreemd: ik had dit experiment al tien keer eerder gedaan en niet eerder had ik zulke cellen gezien. Maar nu lukte het ineens!”
Van den Brink is verbaasd dat haar experiment nu ineens goed gaat. Het enige verschil met de andere keren is dat ze nu geen verse vloeistof heeft gebruikt om de gastruloïden in te kweken. “Dat spul is heel duur en ik had nog wat restjes in de koelkast staan, dus ik besloot die te gebruiken.” Van den Brink denkt dat in de drie maanden dat de vloeistof in de koelkast stond, één van de ingrediënten is afgebroken, en dat dit ingrediënt de vorming van bloedstamcellen remt. “Ik heb nog meer restjes, dus mijn volgende stap is om dit experiment te herhalen.”
In de kweekvloeistof zitten 120 verschillende ingrediënten. Van den Brink vermoedt dat vitamine A het afgebroken ingrediënt is. “Vitamine A is nodig voor de vorming van bloedstamcellen, maar om ze volwassen te krijgen, moet de concentratie laag zijn.” Naast dat ze het experiment gaat herhalen met oude vloeistof, gaat ze een screening doen waarbij ze alle ingrediënten één voor één weglaat. Vitamine A staat bovenaan het lijstje. Het lijkt puur geluk dat het nu goed ging, maar het zijn vaak juist dit soort toevalstreffers die de wetenschap vooruitbrengen. “Ik heb het gevoel dat we een klein beetje dichterbij zijn nu!”
Lees ook de andere artikelen in deze serie