Als je naar een museum gaat, verwacht je ‘echte’ schilderijen die jaren geleden door een geniale meester zijn gefabriceerd. De kleuren, materialen en de tekenen van veroudering zoals barstjes in de verf zijn het bewijs dat dit kunstwerk écht is. Maar wat gebeurt er als je een exacte kopie van elk schilderij kan creëren, inclusief al die elementen die het werk zo uniek maken?
Tegenwoordig leven we in een wereld van kunstreproducties. Je kunt elk moment van de dag een plaatje van Het Meisje met de Parel op je telefoon opzoeken, een linnen tasje met een foto van de Nachtwacht kopen of overal ter wereld een poster van een schilderij van Karel Appel vinden. We zijn er inmiddels wel aan gewend geraakt, zou je denken.
3D-printen biedt echter iets nieuws. Al bestaande reproductie technieken, zoals fotografie en ‘gewoon’ printen zijn enkel tweedimensionaal. Andere meer nieuwe technieken, zoals Augmented Reality (AR) of Virtual Reality (VR) zijn vaak digitaal. Er is hierdoor nooit een discussie mogelijk of je naar het echte werk zit te kijken.
Verder kan een schilderij volledig nagemaakt worden door het met een langdurig proces na te laten schilderen door een goed getrainde kopiist. Maar, 3D-printen kan elk schilderij met elk detail namaken met één druk op de knop. Ieder zijn eigen Mona Lisa aan de slaapkamermuur! Maar hoe werkt dat?
Schilderij uit de 3D-printer
Welkom bij mijn eerste blog! Ik ben Liselore Tissen en ik promoveer aan de Universiteit Leiden en de Technische Universiteit Delft. In mijn onderzoek combineer ik twee werelden die normaal gesproken ver uit elkaar lijken te liggen: enerzijds zijn er de alfa en wat ‘zachtere’ wetenschappen waarbij kunstgeschiedenis hoort en anderzijds de bèta, de ‘harde’ wetenschap die in Delft wordt onderzocht.
Het 3D-printen van Het Joods Bruidje van Rembrandt van Rijn (1665) – Canon Production Printing
Waar bètaonderzoekers zich bezig houden met hoe iets technisch kan en in elkaar zit, stellen de alfawetenschappers vragen over wat deze ontwikkelingen betekenen, waarom iets nodig is, wat de gevolgen zijn is en of we dit überhaupt wel willen. Vanuit die combinatie kijk ik naar de ontwikkeling van technologie, en dan specifiek naar het 3D-printen van schilderijen. Reproducties zijn overal!
3D-printen is een technologie die sinds de jaren 80 van de twintigste eeuw vol in ontwikkeling is, maar pas sinds een paar jaar echt op grote schaal wordt ingezet. De technologie kan op basis van computerinformatie en digitale modellen elk driedimensionaal object of ontwerp namaken dat je je maar wil. De digitale informatie wordt geprint door microscopisch kleine laagjes vloeibaar materiaal (vaak plastic) op elkaar te leggen en uit te harden met ultraviolet straling, totdat de juiste hoogte en vorm is bereikt.
Omdat de technologie zo secuur, makkelijk, duurzaam, goedkoop en snel is, zijn de opties oneindig: van pizza’s tot protheses. Van hele organen tot huizen, van objecten zo groot als scheepsschroeven tot objecten zo microscopisch klein als nanochips.
Pizza’s en oren
Natuurlijk kon het printen van kunstwerken niet uitblijven. Door eerst een kunstwerk op hoge resolutie in te scannen en het materiaal van het kunstwerk vast te leggen, wordt het met 3D-printen mogelijk om elk detail van het oppervlak van een schilderij exact te reproduceren: de kleuren, de dikte van de klodders verf, de kwaststreken, de scheurtjes in de verflaag, de glans van het vernis, de transparantie van de bovenlaag en de textuur van het doek kunnen allemaal worden gemaakt. Het enge hiervan is dat de kopie nog maar nauwelijks van het echte kunstwerk te onderscheiden is. Alleen door het aan te raken kun je weten of je naar een print of het echte werk van Vermeer staat te kijken. Bovendien kan het schilderij oneindig worden afgedrukt in een kwestie van een paar uur.
Kunsthistorica en dan elk schilderij zomaar kopiëren? Is dat niet een beetje tegenstrijdig? Is dat niet gevaarlijk voor de betekenis en de waarde van echte kunstwerken? In een wereld vol met ‘fake news’ en een groeiende onduidelijkheid over wat we nog wel en niet kunnen geloven, is dit wel het allerlaatste waar we op zitten te wachten. Willen we dat wel, allemaal ons eigen kopietje? En voor de musea dan, gaan we daar nog heen als we alles overal van dichtbij kunnen bekijken? Ik denk zeker van wel!
In mijn volgende blogs neem ik jullie mee op mijn zoektocht naar de betekenis van 3D-printen voor de kunstwereld. Bovendien laat ik zien hoe we de technologie op een manier kunnen inzetten die juist geen afbreuk doet aan het kunstwerk. Sterker nog, het is een technologie die het materiaal en de waarde van het kunstwerk kan helpen en bovendien nóg interessanter voor ons maakt. Wat denk jij?