Naar de content
Faces of Science
Faces of Science

Online seksueel geweld: een goed begrip is het halve werk

Uffizi / CC BY-SA via Wikimedia Commons

Wat is online seksueel geweld? Iedereen denkt dat wel te weten. Maar er vallen zoveel gedragingen onder dat het een breed en vaag containerbegrip is. Wetenschapper Marleen Gorissen legt in deze blog uit hoe lastig het daarom is om hier onderzoek naar te doen. En wat dat verwarrende begrip betekent voor slachtoffers van online seksueel geweld.

24 september 2020

“Hey maar schatje, laat eens wat meer van je zien dan ;)” Dit soort geflirt online kan best leuk zijn en sexy foto’s sturen naar je vriendje of vriendinnetje is tegenwoordig heel normaal. Helaas mondt dit soms uit in een nachtmerrie waarbij die privébeelden verder worden verspreid zonder dat de maker daar ooit toestemming voor heeft gegeven. Dit is een van de vele voorbeelden van online seksueel geweld.

Ik dacht dus altijd te weten wat “online seksueel geweld” is (sexting en wraakporno toch?), maar dit ligt blijkbaar niet zo simpel. Marleen Gorissen is Criminoloog en promovendus bij het Nederlands Studiecentrum Criminaliteit en Rechtshandhaving en heeft in opdracht van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en het ministerie van Justitie en Veiligheid onderzoek gedaan naar online seksueel geweld. Ondanks dat dit een groeiend probleem lijkt te zijn (en piekte tijdens de corona lockdown!), is het niet altijd duidelijk wat bedoeld wordt met ‘online seksueel geweld’. En dat beïnvloedt wetenschappelijk onderzoek én de aanpak van deze vorm van criminaliteit.

Marleen, jij en je collega’s hebben onderzoek gedaan naar online seksueel geweld. Wat is online seksueel geweld eigenlijk?

Zoals je terecht aangeeft is online seksueel geweld inderdaad een begrip dat zich moeilijk laat uitleggen. Je vindt het bijvoorbeeld niet terug in een wetboek. Ook in de wetenschap zijn onderzoekers het niet altijd eens over wat online seksueel geweld is en welke gedragingen hieronder vallen. Om toch een definitie te bepalen kan je, bijvoorbeeld, kijken of het specifieke gedrag in een wet is terug te vinden en vervolgens van die definitie uitgaan (een juridische benadering) of je geeft een omschrijving die past bij hoe het slachtoffer het heeft ervaren (een psychologische benadering).

In ons onderzoek vond ik overlap tussen de verschillende definities van online seksueel geweld. Ook kwamen enkele gedragingen steeds terug in artikelen en rapporten over dit onderwerp, namelijk ongewenste sexting, wraakporno, sextortion en grooming (Red: zie kader). Online seksueel geweld is daarmee eigenlijk een containerbegrip voor gedragingen met een seksuele context (bijvoorbeeld seksueel getint beeldmateriaal of seksuele interactie) waarbij het internet een cruciale rol vervult.

Ongewenste sexting: Ongewenste verspreiding van seksueel getinte berichten (tekst of beeld) via mobiele telefoons, computers of andere (online) media.

Wraakporno: Ongewenste verspreiding van seksueel getint beeldmateriaal waarbij het materiaal gebruikt wordt om het slachtoffer te schande te maken of te vernederen. De term wraakporno is aan kritiek onderhevig.

Sextortion: Ook wel seksuele afpersing genoemd, is het gebruiken van seksueel getint beeldmateriaal als chantagemiddel om geld te ontvangen (financiële sextortion), seksuele activiteiten te verrichten (seksuele sextortion) of eisen van andere aard te vervullen.

Grooming: ook wel omschreven als digitaal kinderlokken, is wanneer een meerderjarige online contact legt met een minderjarige met als doel seksuele handelingen met de minderjarige te plegen of seksueel getint beeldmateriaal te produceren.

Dat klinkt duidelijk. Waar begint dit begrip dan te wringen?

Nou, tegenwoordig lopen de online en offline wereld zo door elkaar heen waardoor het lastig is een misdrijf als puur online of offline te categoriseren. Een voorbeeld: bij grooming benadert een meerderjarige een minderjarige online om seksueel contact aan te gaan. Uiteindelijk kan dit leiden tot offline seksueel misbruik van het kind.

De term ‘geweld’ omvat ook niet altijd iets gewelddadigs. Denk aan sexting. Het delen van seksuele beelden zien sommigen als gevaarlijk en jongeren worden soms ontmoedigd dit te doen. Tegelijkertijd is het ook steeds meer een onderdeel van de seksuele ontwikkeling van jongeren. Het wringt hier dus om te praten over seksueel geweld. Daarom maken wij onderscheid tussen gewenste en ongewenste sexting.

Tot slot betekent het woord ‘seksueel’ ook niet voor iedereen hetzelfde. Zo kan het versturen van een foto met een sexy pose door de een gezien worden als onschuldig flirten en door de ander als oneervol of onzedig gedrag.

Oké, online seksueel geweld is dus niet altijd alleen online, seksueel en gewelddadig. Hoe heeft de vaagheid van het begrip invloed op wetenschappelijk onderzoek?

Tijd en middelen voor onderzoek zijn eindig waardoor je altijd keuzes moet maken om je onderzoek af te bakenen. Zo maak je keuzes over welke doelgroep (jongeren tot 18 jaar, leerlingen van een havo/vwo school, mensen van alle leeftijden) en periode (ooit, afgelopen jaar, afgelopen zes maanden) je onderzoekt, en welke vragen je stelt. Bij het containerbegrip online seksueel geweld moest ik mij ook nog afvragen welke gedragingen ik meenam in ons onderzoek: sexting in het algemeen, enkel het ontvangen van seksueel getinte berichten, alleen ongewenste sexting, etc. Deze afbakeningen bepalen welke resultaten je vindt.

Het is ook belangrijk om kritisch te kijken naar de keuzes die andere onderzoekers hebben gemaakt. Een voorbeeld is dat in een onderzoek naar (ongewenste) sexting werd gevraagd naar het versturen van “sexy foto’s of filmpjes”, terwijl in een ander onderzoek gesproken wordt over “naaktfoto’s of seksfilmpjes”. Een sexy foto is minder specifiek dan een naaktfoto omdat je het woord ‘sexy’ op verschillende manieren kan uitleggen. Door kritisch te lezen wat wel en niet onderzocht is, voorkom je dat je appels met peren vergelijkt. Dit is iets waar eigenlijk alle onderzoekers in ieder onderzoeksveld mee te maken krijgen.

Is dit dan alleen ingewikkeld voor wetenschappers of kan deze begripsverwarring misschien ook invloed hebben op slachtoffers?

Zeker! Een heldere definitie en goede afbakening is ook voor slachtoffers belangrijk. Wraakporno is bijvoorbeeld een term die ooit door de media is bedacht om een (toen nog) onbekend fenomeen te duiden. Deze term is alleen wat ongelukkig gekozen. Het woord “wraak” suggereert dat het slachtoffer iets heeft gedaan waarvoor de dader wraak zoekt. Dit ondersteunt verkrachtingsmythes waarbij slachtoffers de schuld krijgen van hun eigen slachtofferschap. Het woord “porno” is ook problematisch. Pornografie wordt normaal gesproken gemaakt om door mensen bekeken te worden en acteurs geven hier toestemming voor. Bij ‘wraakporno’ is dit absoluut niet aan de orde. Het doet slachtoffers ook geen recht aan om deze vorm van misbruik ‘pornografie’ te noemen. Wij pleiten er dan ook voor om het woord niet meer te gebruiken en ongewenste sexting als overkoepelende term te gebruiken.

Daarnaast bemoeilijkt begripsverwarring ook de aanpak van het probleem. Zoals eerder gezegd is lastig om onderzoeken naar online seksueel geweld met elkaar te vergelijken. Eigenlijk kun je pas effectieve aanpak en hulpverlening opzetten wanneer onderzoekers het eens zijn over hoe groot het probleem is, wie daders zijn, wanneer mensen slachtoffer worden, etc. Het is dus juist ook voor slachtoffers belangrijk dat dezelfde begrippen in onderzoek en beleid op dezelfde manier worden uitgelegd.

Benieuwd naar het rapport van Marleen Gorissen en haar collega’s? Klik hier voor de publiekssamenvatting en hier voor het volledige rapport.

Ben jij of ken jij iemand die te maken heeft (gehad) met online seksueel geweld en ben je op zoek naar hulp of advies? Kijk dan bijvoorbeeld op de website van Helpwanted, de politie of Slachtofferwijzer.

ReactiesReageer